Ras ‘border terriër’

border terriers of lightning spot

De Border Terriër is over het algemeen een goed opvoedbare en leergierige allemansvriend die zich ook goed weet aan te passen. Het is geen echte waakhond, maar zal wel zijn geblaf laten horen bij vreemden. Dit is soms al genoeg om een inbreker af te schrikken. Zijn gestalte maakt dat de border terriër beweeglijk is en dus geen salonhond. Alhoewel ze zich goed kunnen aanpassen binnenshuis, hebben ze toch behoefte aan beweging. Het is een terriër, weliswaar met een zacht karakter maar het blijft een terriër! Daarom is een consequente opvoeding uiterst belangrijk. Als een hond weet waaraan zich te houden, dat is dit duidelijk en zul je veel plezier van je border terriër hebben. De verzorging van de border is gemakkelijk en weinig eisend doch twee keer/jaar dient de border geplukt (trimmen van de vacht) te worden.Voor velen geldt:

“Eens een border, altijd een border!“

Herkomst

De Border Terriër stamt af van Engels-Schotse terriër rassen. Afkomstig uit het heuvelige, woeste grensgebied tussen Engeland en Schotland: “the bordercountry”, vandaar ook zijn naam “Border” (=Engels voor grens). Reeds lang vóór de erkenning door de Engelse Kennelclub in 1920 werden de Border Terriërs gefokt om ingezet te worden bij de jacht op de vos, das, marter, otter en klein wild dat zijn hol onder de grond heeft. Zijn inzet en voorkomen maken dat hij een goede begeleider van de jager is. Hij moet het paard kunnen volgen (uithoudingsvermogen) en daar waar de meute Foxhounds en jager niet meer verder kunnen, neemt de Border de taak over. Hij houdt dan de vos in zijn hol vast zodat de jagers hem kunnen uitgraven of verjaagt de vos uit zijn schuilplaats. Vandaar dat zijn bouw in functie is van zijn werk:

“Essentially a working Terriër” = “De Border Terrier is in wezen een werkende terrier”

voldoende lange benen (paard kunnen volgen)
te omspannen
ruglengte
karakter (zijn werk vergt moed en doorzettingsvermogen)
intelligentie (want in het hol moet de border zelf beslissingen nemen!)

Verder is de beschrijving erg vaag, er staat nergens vermeld hoe groot hij moet zijn, wel het gewicht. De gewichten die de Standaard opgeven voor reuen 5,9–7,1 kg en voor teven 5,1–6,4 kg zijn nochtans heden wat te laag. De meeste Borders, zelfs in arbeidsconditie, wegen zeker een kilo meer! De Standaard is ook al wat ouder en een ras evolueert. Met de jaren (gezonde voeding?) zijn ze groter en zwaarder geworden. Doch bij de ‘grootte’ is zijn borstomvang bepalend!. Hij moet met beide (mannen)handen vlak achter de schouders te omspannen zijn anders zou de border kunnen blijven steken in de nauwe vossenpijp. Zijn vereiste rug lengte is al even belangrijk, dit is noodzakelijk voor zijn wendbaarheid bij het ondergronds manoeuvreren. Een border moet iets langer dan hoog ogen. Het front is relatief smal en mag niet te zwaar zijn. Tamelijk lange benen (er zijn immers vele kortbenige terriërs) en snelheid zijn noodzakelijk om de paarden en de meute Foxhounds te kunnen volgen. Zijn algemeen voorkomen is evenwichtig, niets is opvallend maar alles is natuurlijk en goed in verhouding. De lichaamsbouw is smal en lang, de ribben ver naar achteren reikend en niet te rond. De lenden zijn krachtig. De vrolijk gedragen vrij korte staart is dik bij de aanzet en spits uitlopend (wortelstaart), hoog aangezet, maar mag niet over de rug gedragen worden. De poten zijn klein met gesloten tenen en dikke kussentjes (kattenpootjes). De voorpoten dienen recht te zijn.

Typerend

is de gelijkenis met het otterhoofd: een korte krachtige snuit, een weinig stop en een vlakke, matig brede schedel, in de verhouding 1 op 2, met grote, sterke tanden. Een dichte baard en donkere alerte ogen, met een levenslustige uitdrukking. Bij voorkeur een zwarte neus en kleine, matig dikke, V-vormige oren, naar voren vallend en dicht bij de wang gedragen. Een schaargebit maar tang is toegestaan. Sterke en grote tanden. De hals is middenlang. Zijn dubbele vacht (ruwe oppervacht met daaronder een wollige ondervacht) beschermt hem voor de kou en regen en deze vacht is zelfreinigend. Een dichte onderwol (warmte) en harde dekharen (waterbestendig) zijn uiterst belangrijk, samen met de dikke, losse huid is het een noodzakelijke bescherming bij de arbeid, zodat de Border bij een eventueel gevecht niet erg gewond wordt.

Kleuren

Veel voorkomend is “Grizzle and tan” met zeer veel gradaties =bruine kleur variërend van zeer donker tot bijna blond.
Minder voorkomend “Blue and tan” = blauw is zwart met grijze haren waarbij het hoofd en de benen bruin zijn. Er moet voldoende ‘ticking’ zijn!
Wij hebben momenteel veel “Red”. Er wordt ook van ‘Red Grizzle’ gesproken, hierbij is de border bijna geheel rood.
Eerder zelden is de kleur “Weaten” = tarwekleurig.

Grizzle and tan

Blue and tan

Red

Wheaten

Karakter & Opvoeding

De Border Terriër is intelligent, opmerkzaam en bovenal moedig en doorzettend. Houdt van beweging maar is tevens ook rustig, aanhankelijk, vriendelijk en voelt zich het beste thuis in gezelschap. De meeste Border Terriërs worden in familieverband gehouden, dit dankzij zijn kindvriendelijkheid. Hij is niet éénkennig maar een allemanshond en is vriendelijk tegenover vreemde mensen, niet altijd tegen andere, vreemde honden! Een flinke wandeling vindt de border zalig maar is haast niet moe te krijgen. Het is helaas niet altijd dagelijks mogelijk en dan is een blokje om ook al leuk. Fietsen is ook een zeer goede sport voor je Border. Lopen aan de fiets geeft de mogelijkheid om een grotere afstand te doen maar niet op te jonge leeftijd! Maak gebruik van een “springer” aan je fiets voor de veiligheid van hond en baas te garanderen Ook joggen met je border kan een leuke training zijn. Met een Border Terriër kan je veel plezier beleven, in om het even welke activiteit. Zijn bewegingsvreugde maakt hem tot ideale (behendigheid=) Agility-hond, Flyball, Canicross en Frisbee vindt hij vast ook leuk. Zelfs doggydance wordt door enkele nakomenlingen beoefend. Alles waarbij ie beroep moet doen op “beweging en intelligentie” is voor de border uitdagend.
Met andere dieren kunnen ze goed overweg indien ze dit van jongs af aan geleerd hebben! Jouw kat wordt aanvaard maar de kat van de buren of een andere kat daar blijft die achter rennen! De Border Terriër benodigd een vriendelijke maar zeer consequente opvoeding. Hij blijft een TERRIËR en daarom is het aan te bevelen een gehoorzaamheidscursus te volgen waarbij met de “clicker-methode”(belonend gericht) gewerkt wordt en dit bij voorkeur tot de leeftijd van 2 jaar. Denk eraan de Border is een zelfstandig werkende hond waarvan je GEEN SLAAFSE GEHOORZAAMHEID mag verwachten want dit zou zijn “spirit” breken! Dan heb je een fout ras gekozen als je dit verwacht! Agility vindt de Border meestal veel leuker dan gehoorzaamheid, want dit is veel uitdagender en afwisselender.
Zijn jachtinstinct brengt hem soms wel in gevaar bij het verkeer en menig Border Terriër overleed hierbij op vroege leeftijd, nochtans kan hij 15 jaar en ouder worden. Dus hou je border steeds aangelijnd in de nabijheid van verkeer!

 “Het is een grote hond in een kleine verpakking.”